Conor Dutch V1

 0    70 词汇卡    familymacloughlin
下载mp3 打印 检查自己
 
问题 答案
a
开始学习
een
bad
开始学习
slecht
big
开始学习
groot
eight
开始学习
acht
five
开始学习
vijf
four
开始学习
vier
good
开始学习
goed
he has
开始学习
hij heeft
he is
开始学习
hij is
her
开始学习
haar
him
开始学习
hem
his
开始学习
zijn
how
开始学习
hoe
i am
开始学习
ik ben
i have
开始学习
ik heb
important
开始学习
belangrijk
it has
开始学习
het heeft
interesting
开始学习
interessant
it has
开始学习
het heeft
it is
开始学习
het is
me
开始学习
me
it is
开始学习
het is
my
开始学习
mijn
nine
开始学习
negen
one
开始学习
één
nine
开始学习
negen
our
开始学习
onze
seven
开始学习
zeven
she has
开始学习
ze heeft
she is
开始学习
ze is
six
开始学习
zes
small
开始学习
klein
ten
开始学习
tien
the
开始学习
de
the
开始学习
de/het
the bike
开始学习
de fiets
the child
开始学习
het kind
the city
开始学习
de stad
the food
开始学习
het eten
the friend
开始学习
de vriend
the garden
开始学习
de tuin
the house
开始学习
het huis
the idea
开始学习
het idee
the job
开始学习
de baan
the man
开始学习
de man
the money
开始学习
het geld
the room
开始学习
de Kamer
the shop
开始学习
de winkel
the train
开始学习
de trein
the woman
开始学习
de vrouw
their
开始学习
hun
them
开始学习
ze
they are
开始学习
ze zijn
they have
开始学习
ze hebben
three
开始学习
drie
two
开始学习
twee
us
开始学习
ons
we are
开始学习
we zijn
we have
开始学习
we hebben
what
开始学习
wat
what kind of
开始学习
wat voor
when
开始学习
wanneer
where
开始学习
waar
which
开始学习
welke
who
开始学习
wie
you (plural) are
开始学习
jullie zijn
you (plural) have
开始学习
jullie hebben
you are
开始学习
je bent
you have
开始学习
je hebt
your
开始学习
je

您必须登录才能发表评论。