PERFECTUM

 0    70 词汇卡    guest1982986
下载mp3 打印 检查自己
 
问题 答案
zapłaciłam
betalen
Zapłaciłam.
开始学习
heb betaald
Ik heb betaald.
wierzyłam
geloven
Wierzyłam w świętego Mikołaja.
开始学习
heb geloofd
Ik heb in Kerstman geloofd.
spotkałam się
ontmoeten
Spotkałam się z mamą.
开始学习
heb ontmoet
Ik heb met mijn moeder ontmoet.
przeprowadziłam się
verhuizen
Wczoraj się wyprowadziłam.
开始学习
heb verhuisd
Gisteren heb ik verhuisd.
powtórzyłam
herhalen
Powtórzyłam Niderlandzki.
开始学习
heb herhaald
Ik heb Nederlands herhaald.
wypełniłam
invullen
开始学习
Ik heb ingevuld.
wdychałam
inademen
开始学习
heb ingeademd
wstałam
opstaan
开始学习
ik ben opgestaan
przygotowałem
klaarmaken
开始学习
ik heb klaargemaakt
zakładam
aandoen
开始学习
ik heb aangedaan
zmyłam naczynia
afwassen
开始学习
ik heb afgewassen
rozumiałam
begrijpen
开始学习
ik heb begrepen
Upiekłam
bakken
开始学习
ik heb gebakken
odwiedziłem
bezoeken
开始学习
ik heb bezocht
zostałem
blijven
开始学习
ik ben gebleven
przyniosłem
brengen
开始学习
ik heb gebracht
zrobiłem
doen
开始学习
ik heb gedaan
piłem
drinken
开始学习
ik heb gedronken
zjadłem
eten
开始学习
ik heb gegeten
poszedłem
gaan
开始学习
ik ben gegaan
dałem
geven
开始学习
ik heb gegeven
powiesiłem
hangen
开始学习
ik heb gehangen
oglądałem telewizję
kijken
开始学习
ik heb TV gekeken
Przyszedłem
komen
开始学习
ik ben gekomen
ja kupiłem
kopen
开始学习
ik heb gekocht
dostałam
krijgen
开始学习
ik heb gekregen
śmiałem się
lachen
开始学习
ik heb gelachen
Przeczytałem
lezen
开始学习
ik heb gelezen
Chodziłem po parku.
lopen
开始学习
ik heb in het Park gelopen.
ik ben naar het park gelopen.
wziąłem
nemen
开始学习
ik heb genomen
jadłem śniadanie
ontbijten
开始学习
ik heb ontbeten
wstałem
opstaan
开始学习
ik ben opgestaan
świeciło słońce
schijnen
开始学习
de zon heeft geschenen
napisałem
schrijven
开始学习
ik heb geschreven
Spałem
slapen
开始学习
ik heb geslapen
kroiłem, ciąć
snijden
开始学习
ik heb gesneden
Prasowałem
strijken
开始学习
ik heb gestreken
Rozmawiałem
spreken
开始学习
ik heb gesproken
wyszedłem, wystartowałem
vertrekken
开始学习
ik ben vertroken
umyłem się
wassen
开始学习
ik heb gewassen
byłem
zijn
开始学习
ik ben geweest
pływałem do morza
zwemmen
开始学习
ik ben naar de zee gezwommen
ik heb 1 uur gezwommen
Posprzątałem
opruimen
开始学习
ik heb opgeruimd
spadłem ze schodów
vallen
开始学习
ik ben van de trap gevallen
złamałem
breken
开始学习
ik heb gebroken
szukałem
zoeken
开始学习
ik heb gezocht
Siedziałam
zitten
开始学习
ik heb gezeten
powiedziałem
zeggen
开始学习
ik heb gezegd
Miałem
hebben
开始学习
ik heb gehad
bez ge
gdy na początku jest
nie dajemy ge
开始学习
be, ge, ver, her, ont
zaczął
开始学习
is begonnen
pomyślał, pomyślany
开始学习
gedacht
wysuszony
开始学习
afgedroogd
afdrogen
stały się
开始学习
zijn geworden
zapomniałem
开始学习
hebben vergeten
zostały zamknięte
开始学习
hebben gesloten
namalowałem
开始学习
hebben geschilderd
widziałem
开始学习
hebben gezien
jechali
开始学习
zijn gereden
wyzdrowiał
开始学习
hebben genezen
ik ben genezen
otrzymałem
开始学习
hebben ontvangen
przeczytałem
开始学习
hebben uitgelezen
pożyczyłem
开始学习
hebben geleend
pomalowałem
开始学习
hebben geverfd
verven
wrzucili
开始学习
hebben gegooid
gooien
tęskniłam
开始学习
hebben gemist
rozdzielne czasowniki
开始学习
aan, af, uit, op, mee, in, binnen
całował
开始学习
hebben gekust
kussen
umiał
kunnen
开始学习
hebben gekund
wiał (wiatr)
waaien
开始学习
hebben hewaaid

您必须登录才能发表评论。