Nederlands - podstawy 6

 0    26 词汇卡    mike_13
下载mp3 打印 检查自己
 
问题 答案
Oni są mężczyznami.
开始学习
Ze zijn mannen.
chleb
开始学习
het brood
Przykro mi, przepraszam.
开始学习
Het spijt me.
truskawka
开始学习
de aardbei
pomidor
开始学习
de tomaat
pomarańcza
开始学习
de sinaasappel
banan
开始学习
de banaan
Herbata jest smaczna.
开始学习
De thee is lekker.
smaczny
开始学习
lekker
zupa
开始学习
de soep
mięso
开始学习
het vlees
jedzenie
开始学习
het eten
warzywa
开始学习
de groente
cytryna
开始学习
de citroen
Kolacja i obiad.
开始学习
Avondeten en middageten.
Jem posiłek.
开始学习
Ik eet een maaltijd.
posiłek
开始学习
de maaltijd
Warzywa są smaczne.
开始学习
Groente is lekker.
Jedzenie jest dobre.
开始学习
Het eten is goed.
Cześć, jak się masz? Jak leci?
开始学习
Hallo, hoe gaat het?
jeleń
开始学习
het hert
świnie
开始学习
varkens
psy
开始学习
honden
nosorożec
开始学习
de neushoorn
róg (np. u zwierzęcia)
开始学习
de hoorn
ogon
开始学习
de staart

您必须登录才能发表评论。