nauka do egzaminow

 0    176 词汇卡    justynagintowt89
下载mp3 打印 检查自己
 
问题 答案
piwo
开始学习
het bier
bar, kawiarnia
开始学习
het cafe/ de cafes
razem
开始学习
samen/ elkaar
film
开始学习
de film/ de films
rzeczywiscie
开始学习
inderdaad
tak
开始学习
jawel
rozmawiac z kims bliskim
开始学习
kletsen (ik klets, jij kletst, hij kletst)
sprzatac
开始学习
opruimen/ schonmaken (ik maak schoon, jij maakt schoon)
milej zabawy
开始学习
Veel plezier
przyjaciolka
开始学习
de vriendin/ de vriendinnen
czasami
开始学习
soms /weleens
miec na cos ochote
开始学习
zin hebben in (ik heb zin in, jij hebt zin in...)
wskazac
开始学习
aanwijzen (ik wijs aan, jij wijst aan)
miec na mysli
开始学习
bedoelen (ik bedoel/ jij bedoelt)
powtarzac
开始学习
herhalen (ik herhaal/ jij herhaalt)
powoli
开始学习
langzaam
jeszcze raz
开始学习
nog een keer
rozumiec
开始学习
verstaan (ik versta/ jij verstaat)
wyjasniac, tlumaczyc
开始学习
uitleggen (ik leg uit/ jij legt uit)
na wakacjach
开始学习
op vakantie
kwiat
开始学习
de bloem/ de bloemen
jechac rowerem
开始学习
fietsen
odmiana czasownika fietsen
开始学习
ik fiets/ jij fietst
pozdrowienia
开始学习
groetjes
kazde, kazdy, kazda
开始学习
ieder/ iedere
przyroda, natura
开始学习
de natuur
jechac na wakacje
开始学习
op vakantie gaan (ik ga op vakantie, jij gaat op vakantie)
namiot
开始学习
de tent/ de tenten
wakacje
开始学习
de vakantie/ de vakanties
ptak
开始学习
de vogel/ de vogels
spacerowac
开始学习
wandelen (ik wandel, jij wandelt)
pogoda
开始学习
het weer
basen
开始学习
het zwembad/ de zwembaden
liczyc
开始学习
tellen (ik tel / jij telt/ hij telt)
sytuacja
开始学习
de situatie/ de situaties
jesli, jezeli
开始学习
als, als
koncert
开始学习
het concert de concerten
jednodniowa wycieczka
开始学习
een daagje weg
piosenka
开始学习
het lied/ het liedje/ de liedjes
muzeum
开始学习
het museum/ de museum
z wizyta
开始学习
op bezoek
radio
开始学习
de radio/ de radio’s
restauracja
开始学习
het restaurant/ de restaurants
plaza
开始学习
het strand/ de stranden
jesc poza domem
开始学习
uit eten
morze
开始学习
de zee/ de zeeen
spiewac
开始学习
zingen (ik zing/ jij zingt/hij zingt)
mezczyzna musi sprzatac swoj dom
开始学习
een De man moet zijn huis schoonmaken
mezczyzna musi sprzatac swoj dom
开始学习
een De man moet zijn huis schoonmaken
mezczyzna musi sprzatac swoj dom
开始学习
een De man moet zijn huis schoonmaken
mezczyzna musi sprzatac swoj dom
开始学习
De man maakt zijn huis schoon.
rozmawiac z kims bardzo bliskim
开始学习
kletsen
Ana chce rozmawiac blisko z Anatolim
开始学习
Ana wil met Anatoli kletsen.
Ana rozmawia blisko z Anatolim.
开始学习
Ania kletst met Anatoli.
on na ochote na gre w pilke nozna/ granie/ zakupy.
开始学习
Hij heeft zin in voetballen/gamen/winkelen.
razem
开始学习
samen/ elkaar
Jedziemy razem do Francji
开始学习
Wij gaan met elkaar naar Frankrijk
przyjaciele jada razem do Hiszpanii.
开始学习
De vrienden gaan met elkaar naar Spanje gaan.
Czasami ide do kina.
开始学习
Weleens ga ik naar de bioscoop.
On czasami uprawia sport.
开始学习
Hij sports weleens.
nie rozumiem Cie (ktos za szybko mowi)
开始学习
ik vesta jou niet.
Nie rozumiem mezczyzny
开始学习
Ik versts man niet.
czy nozesz wolno mowic?
开始学习
Kun je langzaam praten?
chcesz wolno mowic?
开始学习
Wil je langzaam praten?
Czy moze Pan wolno mowic?
开始学习
Kunt u langzaam praten?
Czy moze Pan jeszcze raz powiedziec?
开始学习
Kunt u het nog een keer zeggen?
czy moze Pan powtorzyc?
开始学习
Kunt u dat herhalen?
czy mozesz to powtorzyc?
开始学习
Kun je dat herhalen?
co oznacza slowo ‚x’?
开始学习
wat betekent het woord 'x'?
co to jest?
开始学习
wat is dat?
jak to sie nazywa?
开始学习
Hoe heet dat?
co to znaczy?
开始学习
Wat betekent dat?
Co ma Pani na mysli?
开始学习
Wat bedoelt u?
Czy moze Pani to wyjasnic?
开始学习
Kunt u dat uitleggen?
mam na mysli telefon/ zakupy
开始学习
Ik bedoel de telefoon/winkelen
moj brat tlumaczy cwiczenie
开始学习
mijn broer legt de oefening uit
moj brat tlumaczy zadanie
开始学习
mijn broer legt de opdracht uit
chodze kazdego dnia
开始学习
Ik loop iedere dag
jade do Polski kazdego roku
开始学习
Ik ga ieder jaar naar Polen
jedziemy na wakacje do Francji
开始学习
we gaan op vakantie naar Frankrijk
chce kupic nowe auto, ale nie mam pieniedzy.
开始学习
ik wil graag een nieuwe auto, maar ik heb geen geld.
nie mamy ogrodu, ale mamy duzy balkon.
开始学习
we hebben geen tuin, maar wij hebben een groot balkon.
ide kupic prezent, bo mam urodziny
开始学习
ik ga een cadeau kopen, want ik heb verjaardag
ide kupic prezent bo moj maz ma urodziny
开始学习
Ik ga een cadeau kopen, want mijn man is jarig
Dom jest jasny, bo ten dom jest nowy
开始学习
Het huis is licht, want dit huis is nieuw
on nie ma roweru
开始学习
hij heeft geen fiets
nie znam moich sasiadow
开始学习
Ik ken mijn buren niet
nie jedziemy w ten weekend do Amsterdamu
开始学习
we gaan dit weekend niet naar Amsterdam
nie kupuje nowego auta
开始学习
Ik koop geen nieuwe auto
jutro nie jedziemy na wakacje
开始学习
Wij gaan morgen niet op vakantie
nie mowie po rosyjsku
开始学习
Ik spreek geen Russisch
nie chce kupic mojego roweru
开始学习
Ik wil mijn fiets niet kopen
nie mieszkam w Maastricht
开始学习
Ik woon niet in Maastricht
maastricht nie jest duze
开始学习
Maastricht is niet groot
nie jestem wysoka
开始学习
Ik ben niet lang
jestem chora i mam bol glowy
开始学习
Ik ben ziek en ik heb hoofdpijn
jestem chora i nie ide do szkoly
开始学习
Ik ben ziek en ik ga niet naar school
jestem chora i mam goraczke
开始学习
Ik ben ziek en ik heb koorts
jestem spozniona, bo stoje w korku
开始学习
Ik ben te laat want ik sta in de file
nie ide spac
开始学习
Ik ga niet slapen
nie idziemy siedzien w aucie
开始学习
we gaan niet in de auto zitten
komputer nie jest szybki
开始学习
de computer is niet snel
nie ide
开始学习
Ik ga niet / ik loop niet
moim ulubionym jedzieniem jest zupa kalafiorowa
开始学习
mijn favoriete eten is bloemkoolsoep
mysle, ze kalafior jest najlepszy, bo jest bardzo zdrowy
开始学习
Ik denk dat bloemkool best lekker, want het is echt gezond.
zupy jem wieczorami
开始学习
Ik eet 's avonds soepen
nie umiem gotowac, dlatego kupuje swieze zupy w Aldi
开始学习
ik kan niet koken, dus ik koop altijd de verse soep in Aldi
szkoła jest na szczęście prawie skończona
开始学习
de school is gellukig bijna klaar
Jadę odwiedzić babcię w weekend
开始学习
in het weekend ga ik op bezoek bij mijn oma
ona mieszka blisko
开始学习
ze woont in de buurt
wychodzimy zjeść do restauracji
开始学习
we gaan uit eten in het restaurant
Nie mogę się doczekać, aż się zobaczymy
开始学习
ik heb zin in om elkaar snel te zien
tesknie za toba
开始学习
Ik mis je
moim hobby jest robienie tortow
开始学习
mijn hobby is taarten maken
o 5.30 wstaje
开始学习
om 5:30 sta ik op
o 5:30 wstaję i piję kawę
开始学习
om 5:30 sta ik op, dan drink ik koffee
Rano jem śniadanie
开始学习
ik eet ‚s ochtends het ontbijt
Lubię chleb z jajkiem
开始学习
ik houd van het brood met een ei
Muszę zdążyć na autobus o 7:30
开始学习
om 7.30 moet ik de bus halen
Zaczynam pracę o 7:30 rano
开始学习
om 7:30 uur begin ik met werken
Jem obiad w południe
开始学习
ik eet ‚s middags de lunch
czasami jem ziemniaki
开始学习
weleens eet ik aardappels, groente en vlees
we wtorek ide do szkoly
开始学习
op dinsdag ga ik naar school
wtedy będziemy słuchać i mówić
开始学习
we ga dan luisteren en spreken
Jem pizzę wieczorem na kolację
开始学习
ik eet ‚s avonds pizza bij het avondeten
nie chodzę do szkoły, bo jestem duszą
开始学习
ik ga niet naar school, want ik ben ziel
mam nowy dom
开始学习
ik heb een nieuw huis
Przeprowadzam się 15 maja
开始学习
ik ga op 15 mei verhuizen
Czy chciałbyś pomóc o 15:30?
开始学习
wil je om 15.30 helpen?
przyjaciele jadą razem do Hiszpanii
开始学习
de vrienden gaan met elkaar naar Spanje
Czasami chodzę do kina
开始学习
ik ga weleens naar de bioscoop
co mówisz? Nie rozumiem Cię (kiedy ktoś mowi za szybko)
开始学习
wat zegt u? ik versta u niet (kiedy ktos mowi za szybko)
Chcę zapisać syna na lekcje pływania
开始学习
ik wil mijn zoon inschrijven voor zwemles
ta książka jest tutaj
开始学习
dit boek is hier
ta książka tam jest
开始学习
dat boek is daar
Nie chcę zatrzymywać się w autobusie
开始学习
ik wil niet in de bus stoppen
Nie jadę autobusem
开始学习
ik ga niet met de bus
moja koszulka nie jest niebieska
开始学习
mijn t-shirt is niet blauw
mój telefon nie jest drogi
开始学习
mijn telefoon is niet duur
co robisz w weekend
开始学习
wat doe je in het weekend?
Jadę odwiedzić moją babcię
开始学习
ik ga op bezoek bij mijn oma
czasami wychodzimy zjeść do restauracji
开始学习
we gaan soms uit eten in een restaurant
on nie kupuje czerwonego samochodu
开始学习
hij koopt geen rode auto
Nie idę na zakupy
开始学习
il ga niet winkelen
dzisiaj nie idę pływać
开始学习
ik ga vandaag niet zwemmen
Tutaj nie wolno mi palić
开始学习
ik mag hier niet roken
on nie plywa
开始学习
hij zwemt niet
radio
开始学习
de radio
koncert
开始学习
het concert
on śpiewa piosenki lady gagi
开始学习
hij zingt liedjes van lady gaga
ona jedzie odwiedzić swoich rodziców
开始学习
zij gaat op bezoek bij haar ouders
Nie chodzę do szkoły, kiedy jestem chory
开始学习
ik ga niet naar school als ik ziek ben
nie jedziemy na wakacje jeśli nie mamy pieniędzy
开始学习
we gaan niet op vakantie als wij geen geld hebben
Chcę spędzić dzień poza domem
开始学习
ik wil een dagje weg
Piotr chce na kurs a2
开始学习
piotr wil for a2 cursus inschrijven
Piotr zapisuje sie na kurs a2
开始学习
Piotr schrijft zich voor de a2-cursus
Przyjdziesz do mnie na obiad?
开始学习
kom je bij mijn thuis eten?
zamierzam gotować
开始学习
ik ga koken
mój nowy adres to:
开始学习
mijn nieuw adres is:...
jutro wychodzimy na kolację z przyjaciółmi
开始学习
wij gaan morgen uit eten met mijn vrienden
adres
开始学习
het adres
numer
开始学习
het nummer
kod pocTowy
开始学习
de postcode
Muszę wypełnić formularz
开始学习
ik moet het formulliee invullen
wypełniam formularz
开始学习
il vul het formulier in
w związku z tym
开始学习
daaroom
Idę jeść. Dlatego chcę gotować
开始学习
ik ga eten. Daroom wil ik koken
Idę do pracy. Dlatego chcę zarabiać pieniądze
开始学习
ik ga naar het werk. Daroom wil ik geld verdienen
Idę na zajęcia. Dlatego chcę nauczyć się holenderskiego.
开始学习
ik ga naar de les. Daarom wil ik Nederlands leren.
zamierza rozpocząć kurs gotowania
开始学习
hij gaat met een cursus koken starten
zaczyna kurs gotowania
开始学习
hij start met een cursus koken
odmiana czasownika starten
开始学习
ik start jij start hij start
Chcę jutro tańczyć
开始学习
ik wil morgen dansen
jutro tańczę
开始学习
ik dans morgen
oni kochają swojego kota
开始学习
zij houden van hun kat
znowu
开始学习
weer

您必须登录才能发表评论。