czasowniki nieregularne 13

 0    14 词汇卡    Mariusz321
下载mp3 打印 检查自己
 
问题 答案
wchodzić
开始学习
opgaan, gin/ gingen op, ben opgegaan
podać
开始学习
op geven, gaf/ gaven op, heeft opgegeven
poddać
开始学习
opheffen, hief/ hieven op, heeft opgeheven
przestać
开始学习
ophuden, hield/ hielden op, heeft opgehouden
podziwiać
开始学习
opkijken, keek/ keken op, heeft opgekeken
powstawać
开始学习
opkomen, kwam/ kwamen op, is opgekomen
wzrastać
开始学习
oplopen, liep/ liepen op, is opgelopen
nagrywać
开始学习
opnemen, nam/ namen op, is opgenomen
spieszyć
开始学习
opschieten, schoot/ schoten op, opgeschoten
wystepować
开始学习
optreden, trad/ traden op, heeft opgetreden
zwracać uwagę
开始学习
opvallen, viel/ vielen op, is opgevaalen
mijać
开始学习
overgaan, ging/ gingen over, overgegan
przechodzić
开始学习
oversteken, stak/ staken, is overgestoken
rozważać
开始学习
overwegen, owerwoog/ owerwogen, heeft overwogen

您必须登录才能发表评论。