1. bewustzijn
Ik verloor het bewustzijn.
Ik ben het die haar gevonden heb. Ze was het bewustzijn verloren, dus heb ik haar naar de verpleging gebracht.
2. besef
Het ontbreekt hem aan moreel besef.
荷兰人 单词“awareness“(besef)出现在集合中:
FU NL-EN 81-903. het bewustzijn